Vasili Grossman
Leven & lot
Robert Sapolsky
Behave. Waarom we van nature goed en slecht zijn: een biologische blik
Of toeval bestaat, weet ik niet. Feit is dat ik in dezelfde periode twee boeken herlezen heb, totaal verschillend (een roman en een wetenschappelijk werk) en toch gelijkaardig (alle twee handelen ze over goed en kwaad). Beide in hardcover mét leeslint (pure luxe), beide tellen bijna duizend pagina’s, dus perfect voor de toen lange grijze winterweken.
Leven & lot was al geruime tijd een aanrader van mijn vrouw, tijdens de nieuwjaarsperiode nam ik het eindelijk ter hand en kon het vervolgens niet meer weg leggen. Ik las het met stijgende ontroering én de nodige inspanning – namen onthouden is niet mijn sterkste punt, Russische namen al helemaal niet, bovendien volgt de roman verschillende mensen op verschillende plaatsen in de periode van de slag om Stalingrad – een door de Duitsers belegerd huis, een werkkamp in Siberië, een laboratorium waar topfysici aan het werk zijn, een treinwagon op weg naar de gaskamers … Toen ik het boek uit had, heb ik het bijna onmiddelijk opnieuw gelezen, ditmaal in een rustiger tempo, om bepaalde passages dieper te laten doordringen.
Terwijl ik daarmee bezig was, verscheen de vertaling van Behave, een magistraal wetenschappelijk werk van neurobioloog en primatoloog Sapolsky die op grond van zo ongeveer alle beschikbaar onderzoek uit de doeken doet waarom en vooral wanneer wij goed en/of slecht zijn. De man heeft een goede pen, hij brengt zijn overvloed aan kennis in een luchtige, vaak humoristische stijl, doorspekt met zelfrelativering die typisch is voor echt intelligente mensen. Ik had de originele Engelstalige versie vroeger al gelezen, maar naar mijn aanvoelen niet grondig genoeg. De vertaling was een perfecte aanleiding voor een tweede lectuur.
Beide boeken vragen een inspanning – een complexe verhaallijn vol Russische namen; overvloedige en vooral zeer genuanceerde informatie uit endocrinologie, neurobiologie en veldonderzoek – maar de beloning is groot. Waarom lezen wij? Om onszelf en de ander te leren kennen, bij voorkeur op een aangename en veilige manier. Met deze twee boeken zit je gebeiteld.
“Veroordeel de zonde en vergeef de zondaar.”
Romans bespreken vind ik aartsmoeilijk, heel dikwijls ben ik het niet eens met recensies, en al helemaal niet met de ‘blurbs’ op de cover (elk debuut is een revelatie, elke roman een meesterwerk). Welke criteria gebruik je om een literair werk te beoordelen? In dit geval is het eenvoudig: Leven & lot is ‘hors catégorie’ en wordt algemeen beschouwd als een van de beste boeken uit de twintigste eeuw. Vasili Grossman (1905-1964) was een Joods-Oekraïens-Russische scheikundige die schrijver werd en tijdens de tweede wereldoorlog als oorlogsjournalist de verdediging van Moskou meemaakte, het beleg van Stalingrad en de tankslag bij Koersk. Hij rukte op met het Rode Leger tot in Berlijn en werd onderweg als een van de eerste journalisten geconfronteerd met Treblinka. Zijn dagboeknotities staan vol interviews met soldaten, boeren, achtergebleven vrouwen, … wat hij later als bronmateriaal gebruikte voor Leven & lot, dat ondermeer een stevige kritiek op het Russisch socialisme/communisme bevat en dus bij zijn leven nooit gepubliceerd kon worden. Dat gebeurde pas jaren na zijn dood – de publicatiegeschiedenis van het boek is op zich stof voor een avonturenroman.
Het boek wegzetten als een intelligente kritiek op Stalin is een grove onderschatting – Grossman ontleedt vlijmscherp elke groep gedreven door ideologie (ze vertonen meer overeenkomsten dan verschillen) en vertelt ons waarom ze het slechtste in de mens naar boven kunnen halen, zeker indien een aanbeden én gevreesde leider jarenlang de macht in handen houdt. Maar de roman is vele malen ruimer dan dat. De gebeurtenissen en figuren worden rond twee families gekaderd, de Sjaposjnikofs en de Strums (in een appendix vind je hun stamboom; minstens even handig is de thematisch-alfabetische lijst van alle personages). De protagonisten worden diep menselijk en raak beschreven, met de juiste dosis mededogen en, waar nodig, de juiste afstand, waardoor de impact van de beschrijvingen nog groter wordt. Je vindt er passages die je overtuigen van het slechte in de mens, zeker als lid van een groep, gevolgd door beschrijvingen van een individu dat onbaatzuchtig iemand anders helpt. Je leest hoe Ljoedmila Sjaposjnikova treurt bij het graf van haar gesneuvelde zoon en met hem in gesprek gaat, hoe Sofja Osipovna, een vijftigjarige vrouwelijke arts, in de gaskamer een kind van zes tot rust brengt en bij zich houdt, wetende dat de dood nabij is, hoe Grekov, de commandant van een belegerd huis, ogenschijnlijk een ondergeschikte straft door hem brutaal weg te sturen en hem daarmee een gewisse dood bespaart. Samen met een door twijfel bevangen bolsjewiek neem je kennis van een pamflet geschreven door de ondertussen geëxecuteerde pope Ikonnikov over ideologische en religieuze pseudo-goedheid tegenover het goede dat in elk individu schuilt. En zo kan ik nog even doorgaan. Dat ik het boek onmiddellijk na mijn eerste lectuur herlas, heeft alles te maken met de overweldigende rijkdom van de inhoud.
Op de achterflap van de Nederlandse editie vind je een citaat uit de bespreking van de Times Literary Supplement: “De kracht van Grossmans werk ligt in zijn begrip van zowel de vele vormen van menselijke bitterheid als de zeldzame wonderen van goedheid.” Helemaal mee akkoord. Opvallend genoeg staan die zeldzame wonderen altijd op het conto van een individu, dat vaak genoeg ingaat tegen wat de groepsdruk oplegt.
Context, context, context.
Laat deze vaststelling nu net de kern uitmaken van het laatste hoofdstuk in Behave, waar Sapolsky aan de hand van historische figuren (Rosa Parks, Martin Luther King, Nelson Mandela, …) voorbeelden geeft van individuen die ingingen tegen de druk van immorele omstandigheden. Die bekende namen maken deel uit van een ruimere groep minder bekende of zelfs onbekende mensen die spontaan tussenkwamen, tegen de groepsdruk in – denk aan de Amerikaanse helikopterpiloot Hugh Thompson die samen met twee bemanningsleden de slachtpartij in het Vietnamese My Lai een halt toeriep (GI’s, landgenoten dus, waren de dorpelingen aan het uitmoorden). Dit laatste hoofdstuk is de afronding van de meest grondige bespreking ooit over de neurobiologische, endocrinologische en omgevingsachtergronden van ons gedrag.… Lees verder