Olivia Laing

Olivia Laing

De eenzame stad. Over de kunst van het alleen-zijn.

Tijdens een week waarin ik niet alleen was maar me wel alleen voelde, greep ik min of meer bewust naar De eenzame stad. Over de kunst van het alleen-zijn, geschreven door de mij onbekende Olivia Laing. Kort samengevat: het is een pareltje (parel, want 350 bladzijden). Laing heeft een vlotte pen, een stijl die mij aanspreekt en vooral, ze bezit de gave om mensen zowel raak als mild te beschrijven, een zeldzame combinatie. En ja, het gaat over eenzaamheid, maar niet met de afgezaagde, hoe-slecht-is-onze-maatschappij-toch ondertoon; het gaat over ‘het menselijke, het al te menselijke’.

Als jonge Britse volgt ze de man van haar dromen naar New York. De man bleek een vergissing te zijn, New York niet. Ze leeft er maanden alleen en gaat op zoek naar wat eenzaamheid betekende voor lotgenoten uit een vorig tijdperk die op een of andere manier met kunst bezig waren. Hoofdfiguren zijn Edward Hopper, Andy Warhol, David Wojnarowicz en Henry Darger, naast Valerie Solanas, Nan Goldin, Klaus Nomi en Peter Hujar. De helft van hen kende ik niet, alleen al daarom is het boek de moeite waard. Tussendoor komt haar eigen verhaal aan bod, samen met de meest zinvolle bespiegelingen over eenzaamheid die ik ooit las. Mijn exemplaar staat vol aangekruiste passages en snel in de kantlijn neergekrabbelde nota’s – dat zegt genoeg. Op de koop toe gaat de kwaliteit van haar tekst in stijgende lijn; Laing omcirkelt het onderwerp spiraalsgewijs tot steeds hogere niveaus, met als opstapjes bekende en minder bekende figuren. Als lezer neemt ze je mee in een wereld bewoond door mensen die je niet meer loslaten. Dit is een van de boeken die je voortdurend naar YouTube stuurt, om hen ‘in het echt’ te zien en te horen – de blik van Valerie Solanas, de films van Andy Warhol, de stem van ‘mutant chantant’ Klaus Nomi, de schilderijen van Henri Darger – ik bleef maar doorklikken.

Dit boek lezen voert je binnen in een universum van gekwetste kinderen (gekwetst is een understatement) die daarom eenzame volwassenen werden, ook wanneer ze later omringd werden door bewonderaars. Valerie Solanas staat vooral bekend als de waanzinnige vrouw die Andy Warhol neerschoot, waarbij vergeten wordt dat ze een radicale feministe was (ze beschouwde het gezin als de voornaamste oorzaak van vrouwelijke onderdrukking), auteur van het SCUM-manifest (Society for Cutting Up Men); snoeihard eenzaam en eenzaam snoeihard, na een kindertijd van seksueel misbruik en verwerping. Heel erg intelligent, op zoek naar gehoor dat ze niet krijgt, verworpen door vrouwengroepen die ze net wou verdedigen.

Zij wou vrouwen beschermen terwijl Henri Darger alle onheil wilde weghouden van kinderen. Ook hij was opgegroeid met geweld en misbruik, maar in tegenstelling tot Solanas leidde deze doodarme schoonmaker een onopgemerkt, eenzaam bestaan. Na zijn dood werd in zijn huurflatje een gedurende een halve eeuw opgebouwd oeuvre gevonden, een combinatie van waterschilderijen, collages en een manuscript, alles samen meer dan tienduizend pagina’s, met als onderwerp een oorlog tegen misbruik en slavernij van kinderen, met daarin een ‘onafhankelijkheidsverklaring van het kind’ met onder meer ‘het recht op normale slaap tijdens de uren van de nacht‘. Slik. Ik wil me niet voorstellen wat hij meegemaakt moet hebben.

Solanas en Darger groeiden op met extreem geweld, dat was zo mogelijk nog meer het geval voor David Wojnarowicz, kind-prostituee in Hell’s Kitchen (denk aan Mean Streets van Scorcese). Op zijn twintigste begint hij foto’s te maken, waarmee hij zijn eigen geschiedenis in beeld brengt. Kunst en seks zijn twee ontsnappingsroutes, weg uit de eenzaamheid én uit de gevangenis van het lichaam, ontsnapping die voor hem en vele anderen pas mogelijk werd in randzones – in dit geval Times Square en de verlaten havenloodsen van Chelsea in de jaren ’70. Seks verschijnt als oorzaak van en remedie voor eenzaamheid: verbinding met de ander en dus remedie tegen isolement; gebruik/misbruik van het driftig-agressieve lijf en dus oorzaak van isolement, met kunst als poging om zichtbaar te maken wat altijd aan gene zijde ligt: het verlangen naar heelheid, naar volledig zijn, met jezelf en met de ander. ‘Dat is toch de droom van seks? Dat je uit de kerker van het lichaam bevrijd zult worden door het lichaam zelf, dat eindelijk begeerd wordt, zijn vreemde taal begrepen.

Het boek is zo rijk dat ik het onbegonnen werk vind om het samen te vatten. Je kan er bijvoorbeeld razend interessante ideeën uit putten voor onze corona-eenzaamheid, ook al omdat Laing in één van de hoofdstukken de gevolgen van de aidsepidemie bespreekt (niet mogen aanraken of aangeraakt worden, sterven in isolement). Ik beperk me tot één idee. In een tijdperk waarin individualisering centraal staat, wordt ook de oorzaak van eenzaamheid bij het individu gelegd, niet alleen door de afwijzende anderen (‘Waarom volg je geen training in sociale vaardigheden?’) maar ook door het eenzame individu zèlf. ‘Het alomtegenwoordige, onweerlegbare besef dat het me aan iets ontbrak, dat ik niet de beschikking had over datgene waar mensen over horen te beschikken, en dat dit te wijten was aan een ernstige, ongetwijfeld niet mis te verstane persoonlijke tekortkoming van mij.’ Laing brengt uitvoerig en overtuigend de tegenovergestelde visie: eenzaamheid is een gevolg van oorspronkelijke afwijzingen, heel vaak in een traumatische context. Eenzaamheid ontstaat nooit in isolement, maar is het product van vicieuze sociale cirkels. Het startpunt ligt in een traumatiserende omgeving met afwijzende, of zelfs misbruikende anderen. Een dergelijk kind ontwikkelt een verhoogde waakzaamheid waardoor het als volwassene anderen gaat wegduwen of net aanhalen op een manier die hen op de vlucht doet slaan. Bovendien houden ze hun littekens verborgen, de echte en de figuurlijke, waardoor de buitenwereld hen nog minder begrijpt.

Eens geïnstalleerd houdt eenzaamheid zichzelf in stand omdat het letterlijk afstotend werkt en contact onmogelijk maakt. Eenzaamheid maakt ziek, de figuren die in het boek opgevoerd worden, hebben elk op hun manier een remedie ontwikkeld waarin agressie, liefde en kunst centraal staan.
Tot slot: ‘Ik geloof niet dat iemand leren kennen per se de remedie is tegen eenzaamheid. Ik denk dat er twee dingen zijn die een rol spelen: leren hoe je vriendschap sluit met jezelf en begrijpen dat veel dingen die ons als individu lijken te raken, in feite voortkomen uit grotere stigmatiserende en buitensluitende krachten, waartegen wij ons kunnen en moeten verzetten.

 

Olivia Laing (2016)
De eenzame stad. Over de kunst van het alleen-zijn.
Amsterdam: De Bezige Bij, 350 pagina’s.
ISBN 978 90 234 9458 4